De eerste weken logeerden wij in een appartement dat aan het strand lag in Manly. Manly voldeed volledig aan het door de media geschepte beeld van Sydney. Blauw water, prachtig strand met strakke mooie vrouwen die langs het strand aan het rennen zijn (met en zonder kinderwagen) en mannen met surfplanken, bruine lichamen en perfecte proporties. Een aflevering van Baywatch is er niets bij.
En tussen al deze mooie mensen liep ik. Ik voelde mij een uitgezakte huismoeke, ondanks mijn mooie jurkje en rode lippenstift. Met twee jammerende kinderen in mijn kielzog. Want die zagen het nog niet echt zitten, deze onderneming. Of dat nou de mini onderneming was van naar het strand gaan of de mega onderneming die ‘emigratie’ heet, daags na de emigratie zagen die helemaal niets zitten.
Ik deed mijn best om te integreren. Kindjes een hoedje op (want de zon is een vreselijk monster hier, zonder hoed en factor 50 krijg je direct huidkanker, zeggen ze) en ik een afhaalkoffie in mijn hand van de Chinees op de hoek. De koffie was niet te drinken maar iedereen liep er mee.
Daar zat ik dan. Op dat prachtige strand in die heerlijke zon met smerige koffie en chagrijnige kinderen die jammerden om alles wat ik op dat moment niet bij me had (Ipads, de katten, de supermarkt, het oude huis etc etc).
Gelukkig was er op het strand een geweldige speeltuin (die zijn hier veel!) vol met mooie moeders (met koffie van de Chinees in de hand) en kinderen in dezelfde leeftijd als de mijne.
Ik ging nonchalant op een bankje zitten naast twee van deze, voor mij, typische Australische ‘koffie moeders’ en keek gelukzalig naar hoe mijn kinderen elkaar de hersens insloegen, maar het ook direct weer goed maakten.
Het duurde niet lang voor een van de moeders mij aansprak. De eerste vraag was of ik een toerist was ‘nee, ik woon hier. Net.’ zeg ik in het Engels. Haar reactie was erg enthousiast ‘ Me too!’ and ‘me tooo!’ kirde de andere koffie moeder ‘everybody here is new to Australia’. Ik kijk de speeltuin rond en zie alleen maar prachtige vrouwen met perfecte kleding, haar, make-up en nagels. Na een kort gesprekje over niets vroeg ik haar voorzichtig of alle Australiërs zo mooi zijn.
‘No, we all just try to look like Australians’
Hardop moeten grinniken om je column, geweldig! Hoop dat je inmiddels een beter koffietentje hebt gevonden 😉
Hoe is t met jullie? Draai gevonden?